Cold Case

Geschreven door Wim van Geelen op 17 juli 2013

Op 14 maart 1991 ging op mijn werkplek de telefoon. De secretaresse nam op en zei: "voor jou, een wethouder uit Woerden". Wethouder uit Woerden? Wat had hij te melden? Was het zo dringend dat ik op m'n werk gestoord moest worden? Aan de telefoon kwam Koos Jansen en hij viel gelijk maar met de deur in huis`: "mevrouw de Ranitz is vannacht vermoord". Haar kende ik goed. Had jarenlang nauw met haar samengewerkt in de Stichting Welzijnszorg Buitenlandse Werknemers.

Na opheffing van de stichting bleef ik contact houden met haar. Zij was voorzitter van het wijkorgaan Molenvliet en ik was toen o.m. voorzitter van de SWW. Die beheerde een fors deel van het woningbestand in die wijk. Vandaar. Wij spraken elkaar over de situatie in die wijk wat de woningmarkt betreft, over problemen in de sfeer van het beheer en mogelijke oplossingen en over het toewijzen van woningen. Als voorzitter van de WoonVerdeelCommissie wist zij mij te vinden.

Uiteraard is ontsteltenis bij het vernemen van een dergelijk afschuwelijk bericht je deel. Je stamelt dan wat en je  bent even van de kaart. Je vraagt dan of er al daders gepakt  of op z'n minst in beeld  zijn en of er al iets bekend was over het motief. Koos wist dat op dat moment ook nog niet. 

Hoewel er in de dagen daarna veel rechercheurs op de zaak gezet werden en er veel bekend werd over de relaties die Ruut de Ranitz  had vooral met jongeren uit haar wijk,  werd het raadsel niet opgelost. Wat was er op die fatale 14e maart in haar woning op de Eem voorgevallen? Haar schedel was met een hard voorwerp ingeslagen en er waren wat spullen uit haar woning ontvreemd.

Het lukte ondanks al dat speurwerk helaas niet om een dader of daders te vinden. Dat zij uit de wijk moesten komen was vrij waarschijnlijk, maar zeker was dat niet.

Enkele jaren later vertrok de toenmalige korpschef van de gemeentepolitie, ja die hadden we toen nog!, Papeveld. Hij kreeg een andere baan binnen de politieorganisatie. Ik herinner me dat het iets te maken had met minderhedenbeleid. Een opmerkelijk stap in zijn loopbaan. De Stichting Welzijnszorg Buitenlandse Werknemers  had in de jaren daarvoor veel contacten met hem en  zijn organisatie gehad en weinig gemerkt van een grote affiniteit met allochtonen. De Stichting werd in 1986 opgeheven en het afscheid vond plaats in 1995. Het zou zo maar kunnen dat er in de loop van die jaren iets veranderd was in de houding van Papeveld jegens dat onderwerp.

Tijdens de afscheidsreceptie in het Stadhuis sprak ik 'm aan over de moord op Ruut de Ranitz. Zijn opmerking zal ik nooit vergeten. "Wim" zei hij, "we weten wie het gedaan heeft, maar we kunnen het bewijs niet rondkrijgen".

Anno 2013, 22 jaar na dato, is dat bewijs nog steeds niet rond. Met de nieuwe technieken, zou je denken, moet het toch mogelijk zijn voor dat de moord verjaart, een verdachte voor het hekje bij de rechter te krijgen?

Ik hoop vurig dat het binnen afzienbare tijd zo ver komt. Laat het cold case team er maar eens naar kijken. Er moeten toch dna-sporen in haar woning veilig gesteld zijn? Er zijn toch nieuwe technieken ontwikkeld om daar iets mee te doen? 

Die andere moordenaar, Joop van Lith, onderwijzer in Zegveld, liep toch ooit ook na zoveel jaren tegen de lamp? Zou dat in dit geval ook niet kunnen?

De gedachte om het cold case team in te schakelen kwam bij mij op naar aanleiding van berichten deze week in de pers  dat de verdwijning van Alie Spruit uit Haastrcht (januari 1988) weer opgerakeld wordt.

Via deze column zou ik een oproep willen doen tot de "bevoegde instanties" om ervoor te zorgen dat ook de zaak van Ruut de Ranitz weer wordt opgepakt.


Deel dit artikel