Fokke en Sukke

Geschreven door Wim van Geelen op 16 februari 2009

“Fokke en Sukke komen op de arbeidsmarkt”. Niets mis mee zou je zeggen, zeker nu in een periode van ontslaggolven in verband met de economische crisis is dat de gewoonste zaak van de wereld.

“Fokke en Sukke komen op de arbeidsmarkt”.

Niets mis mee zou je zeggen, zeker nu in een periode van ontslaggolven in verband met de economische crisis is dat de gewoonste zaak van de wereld. Fokke en Sukke, twee stripfiguren van de NRC is dat lot ook beschoren, maar zij zijn nogal stellig want hun ambities zijn: niet werken bij een bank. Begrijpelijk, want daar gaat het ook niet zo best. Maar zij denken meer aan een carrière in de sociale woningbouw. Daar is nog best wat te halen, denken die snuiters. De diepere achtergrond van die ambitie is duidelijk. De sector gaat gebukt onder financiële schandalen, doordat directeurenbestuurders aan het graaien zijn geslagen of zich in een zucht naar commercieel gewin ver buiten de gebaande paden van de sociale woningbouw begaven. Voorbeelden?

* De Zwolse Woningbouwcorporatie in 2004, waar een directeurbestuurder zijn toch al niet geringe inkomen van vele malen de Balkenende norm dacht bij te spijkeren door eigenmachtig de boekhouding te manipuleren;

* Woonbron Rotterdam met het te verbouwen schip, geraamde verbouwkosten € 6 miljoen, die uiteindelijk uitkwamen op een slordige € 200, die uiteindelijk minister Vogelaar de das om hebben gedaan;

* Rochdale Amsterdam waar directeurbestuurder Möllenkamp dubieuze transacties had gedaan, waar alleen hij beter van werd, maar zijn corporatie bepaald niet;

* De Stichting Gereformeerd Bouwen voor Bejaarden (SGBB) , waar de twee directeurenbestuurder dit weekend (14 februari 200) de laan uitvloog vanwege financiële malversaties en vriendjespolitiek.

Treurig, dieptreurig en dat allemaal omdat een staatssecretaris in de jaren 90 vond dat de overheidsbemoeiing met de Volkshuisvesting maar moest stoppen. De sector kon best op eigen benen staan, omdat het van Heerma (want zo heette die staatssecretaris) ook toestemming had gekregen zich onledig te mogen gaan houden met commerciële activiteiten in de vastgoedsfeer. Bovendien kregen de corporaties via een behoorlijk ingewikkelde transactie, bruteringsoperatie genaamd, een forse zak geld mee. Pakten ze dat aan dan, zo luidde Heerma’s boodschap, hoefden ze nooit meer bij de overheid voor steun aan te kloppen. Zo gezegd, zo gedaan. Er kwam vervolgens een immense fusiegolf op gangen waarbij megacorporaties gevormd werden van vele tienduizenden huizen met een management dat ook megasalarissen begon te verdienen. In 2007 verdienden 110 bestuurders van woningcorporaties meer dan Balkenende. In 2007 stegen die salarissen met maar liefst 6%. Onroerend goed! Er werd driftig gehandeld in huizen, want Heerma had ook verordonneerd dat er woningen verkocht mochten worden. Weliswaar eerst aan de zittende huurders, maar als die niet wilden en gingen verhuizen, dan aan ieder ander. Tel uit je winst. De huurder verween steeds meer uit beeld. De corporatie was een anonieme grootheid geworden, die ook vaak nog in een andere stad of dorp zetelde dan waar het huizenbezit was. Verder kregen de corporatiebestuurders de ruimte om zich als heuse projectontwikkelaars te gaan ontpoppen.

Op het gevaar af te verkondigen dat vroeger alles beter was mag wel geconcludeerd worden dat het vroeger toch bepaald anders ging. Vanuit mijn betrokkenheid toen bij de sociale woningbouw in Woerden als secretaris van een woningbouwvereniging, voorzitter van een beheerstichting, de SWW jawel, en voorzitter van het Regionaal corporatieoverleg Utrecht-west heb ik dat volop meegemaakt. Huurders waren formeel de baas, want de corporaties waren in Woerden als vereniging van huurders georganiseerd. Het bouwen voor mensen die zich geen eigen woning konden permitteren stond centraal, gekke dingen kon je je als woningbouwvereniging niet permitteren, want het toezicht van rijk en gemeente was streng en de bestuurders deden het vele werk in hun vrije tijd, zonder daar meer voor te ontvangen dan een uiterst bescheiden onkostenvergoeding. Overheadkosten had zo’n woningbouwvereniging dus niet. Per woning een bescheiden afdracht aan de beheerstichting om het apparaat in stand te houden. Meer niet. In mijn tijd hadden de 4 verenigingen iets meer dan 3000 woningen. Nu zijn het er 4500, maar het apparaat is bepaald meer dan 50% gegroeid in tal en last. Toen geen enkele dienstauto. Het werk werd op de fiets gedaan. Nu staan er bij de SWW minstens zeven in de boeken. Het gaat er dus anders aan toe, maar zo veel beter? Belangrijk punt van kritiek is dat de corporaties nu van niemand meer zijn. Aandeelhouders zijn er niet. Wel een directeur-bestuurder en commissarissen, maar dat is toch anders. In ieder geval op dat punt was vroeger beter. Gelukkig zijn ze er nog die echte woningbouwverenigingen. Laat nou op de dag dat dit artikel aan het papier toevertrouwd wordt, maandag 16 februari, TROUW met een artikel komen over de woningbouwvereniging Nijkerkerveen met als kop: Woningen 219 Salaris topman 0.

De recente schandalen in woningcorporatieland zullen er zeker toe leiden dat het toezicht anders georganiseerd zal worden. Op dit moment worden de corporaties op 3 manieren in de gaten gehouden. Financieel door het Centraal Fonds Volkshuisvesting, achteraf, VROM controleert of de corporaties hun maatschappelijke doelstellingen nakomen, stelt weinig voor en dan is er nog de Raad van Commissarissen, die op jaarbasis gemiddeld 4 à 5 keer in vergadering bijeenkomt. Op die raden en de manier waarop het toezicht uitgeoefend wordt is veel kritiek.

Er is naar goed Nederlands gebruik een commissie in het leven geroepen, de commissie-Meijerink, die pleit voor een nieuw zelfstandig bestuursorgaan, waarin het financiële en maatschappelijk toezicht zijn samengevoegd. VROM wordt op die manier buiten spel gezet. De gemeenten komen helemaal niet in het stuk voor. Die zijn dan ook uitermate kritisch. De VNG heeft al een brief naar het Kabinet gestuurd, waarvan de strekking was dat je een slager ook zijn eigen vlees niet moet laten keuren. Hoe het dan wel zou moeten en of en zo ja hoe de gemeenten weer een groter say in volkshuisvestings-land zouden moeten krijgen: helaas geen woord. Wordt dus vervolgd. Want dat er iets gaat veranderen in deze sector, waarvan het belang als gevolg van de economische crisis groter zal worden en waar speculanten en graaiers niets meer te zoeken hebben, is kristalhelder.


Deel dit artikel